In 1462 werd het dorp op de huidige locatie gesticht. Het nieuwe Arnemuiden lag gunstig en grote schepen konden er makkelijk aanleggen. In 1574 verleende Prins Willem van Oranje Arnemuiden het stadsrecht vanuit Middelburg, waar hij toen verbleef. 

De stad floreerde en werd een belangrijke centrum voor internationale handel. Arnemuiden verdiende vooral geld aan de overslag van goederen en de zouthandel. De stad trok zo veel handel (en handelaren) aan dat ze zelfs meer herbergen hadden dan het naastgelegen Middelburg. 

Echter, de haven verzandde en de inkomsten liepen terug, waardoor de stad in verval raakte. Vissersschepen konden Arnemuiden nog wel bereiken en er ontstond een nieuwe traditie; de visserij. Vanaf ongeveer 1800 legde Arnemuiden zich hier op toe.

Tradities

Arnemuiden is altijd een hechte gemeenschap geweest met een diepgewortelde trots. Er wordt samen hard gewerkt, terwijl ze tegelijkertijd trouw blijven aan oude gebruiken die ze graag delen met bezoekers. In het centrum vertellen informatiepanelen het verhaal over de historie, gewoonten en gebruiken van Arnemuiden. Er zijn wandelroutes en schilderijen op de muren aangebracht die de identiteit van Arnemuiden weerspiegelen. Veel verhalen van familieleden die omgekomen zijn op zee werden bewaard en van generatie op generatie doorverteld. Ook waren er troostende liedjes zoals het meest bekende lid ' De klok van Arnemuiden'.

Klederdracht

En opvallend kenmerk van de Arnemuidse dracht is de grote witte bovenmuts die aan beide kanten ver uitsteekt. De muts is versierd met broderieborduursel in plaats van kant, zoals in andere Zeeuwse plaatsen. De bovenmuts wordt voornamelijk op zondagen gedragen, terwijl de dames doordeweeks een ondermuts dragen, ook versierd met broderie. Daarnaast dragen ze opvallende 'beuken' op het bovenlijf.